Koude winterdagen maken duidelijk hoe belangrijk warmte in huis is. Dan gaat het niet om het soort warmte dat pas na uren voelbaar wordt, maar een gevoel van behaaglijkheid dat snel ontstaat zodra je binnenkomt. Veel mensen draaien direct aan de thermostaat, terwijl dat lang niet altijd nodig is. Maar hoe zorg je er dan voor dat je woning behaaglijk blijft, zelfs tijdens de koude wintermaanden? In dit artikel leggen we je dat allemaal uit.
Directe warmte dicht bij het lichaam
Als je écht snel wilt opwarmen, dan werkt plaatselijke warmte het beste, zeker in vergelijking met het verwarmen van de hele ruimte. Een elektrische deken van Stoov is dan een goed voorbeeld van hoe je het snel behaaglijker kunt hebben. Omdat elektrische dekens en kussen warmte direct af geven aan het lichaam, kun je het vrijwel meteen aangenamer hebben. Op de bank tijdens een avond, of op bed voordat je gaat slapen, werkt deze vorm van warmte veel sneller dan als je moet wachten tot radiatoren hun werk hebben gedaan. Het voordeel zit in de nabijheid. De warmte hoeft zich niet eerst door de hele ruimte te verspreiden, maar is direct daar waar je zit.
Warmteverlies via ramen en deuren beperken
Een huis warmt sneller op wanneer warmte niet direct weer verdwijnt. Ramen en deuren zijn daarbij vaak de zwakke plekken die veel warmte verliezen. Enkel glas of slecht sluitende kozijnen zorgen voor een constante stroom van koude lucht. Zware gordijnen die in de avond worden gesloten houden kou tegen en maken een ruimte merkbaar rustiger aan. Ook een deur naar de hal of gang die gesloten blijft, voorkomt dat warme lucht zich verspreidt naar plekken waar niemand zit. Zo blijft de warmte geconcentreerd in de ruimte die wordt gebruikt en houd je het daar aangenaam.
Textiel en materialen versterken het warmtegevoel
Materialen hebben invloed op hoe snel een ruimte warm aanvoelt. Een stenen of betegelde vloer voelt in de winter kil, terwijl een vloerkleed direct zorgt voor een aangenamere beleving. Bij vloerverwarming kan een vloerkleed dan weer beter weggelaten worden, zodat de ruimte makkelijker wordt verwarmd. Stoffen banken, kussens en plaids houden warmte vast en nodigen uit om langer te blijven zitten. Ook houten meubels dragen bij aan een warmere uitstraling dan metaal of glas. Deze materialen nemen sneller de omgevingstemperatuur aan en geven minder kou af aan de huid, waardoor een ruimte sneller prettig aanvoelt.
De indeling van de ruimte benutten
Waar je zit in huis maakt verschil. Een bank die tegen een buitenmuur staat, voelt kouder aan dan een zitplek dichter bij het midden van de ruimte. Door zitplekken iets te verplaatsen, weg van ramen en koude muren, wordt warmte beter benut. Radiatoren werken het meest effectief wanneer ze niet worden afgedekt door meubels of gordijnen. Vrije luchtcirculatie zorgt ervoor dat warmte sneller door de kamer wordt verspreid en niet blijft hangen op één plek.
Verwarming gebruiken met aandacht voor timing
Verwarming werkt beter wanneer deze vooruitloopt op het moment van gebruik. Een ruimte die een uur voor gebruik wordt opgewarmd, voelt sneller aangenaam dan een kamer waar de verwarming pas wordt aangezet wanneer je al zit. In combinatie met directe warmtebronnen ontstaat zo een evenwicht waarbij het huis niet continu op hoge temperatuur hoeft te blijven. Dat geeft rust in het dagelijks gebruik en voorkomt dat kou steeds opnieuw moet worden weggewerkt. Kortom, het sneller warm worden in huis draait om nabijheid, vasthouden van warmte en het benutten van de ruimte.
Geef een reactie